De locaties waar tijdens de Tweede Wereldoorlog 'zigeunerachtige personen' in heel Nederland werden gearresteerd en naar doorgangskamp Westerbork gebracht, zijn door het journalistieke programma Pointer online in kaart gebracht. Te zien is vanuit welke 19 gemeenten 576 mannen, vrouwen en kinderen in Westerbork aankwamen.
De Zigeunerrazzia van 16 mei 1944 was onderdeel van de Europese klopjacht op Sinti en Roma. De nazi's zagen het 'zigeunerras' als minderwaardig, crimineel en een bedreiging voor de maatschappij van het Derde Rijk. Het systematisch ombrengen van de Sinti en Roma, naast de Joodse bevolking, wordt ook wel 'de vergeten holocaust' genoemd.
Drentse gezinnen
Zo werd bij Vledder de familie Georg opgepakt. Ze staan vanaf 1940 op het woonwagenkamp aan de weg van Vledder naar Doldersum. Vijf familieleden worden opgepakt en op transport gezet naar Auschwitz, een zoon weet te ontsnappen. Twee van de familieleden overleven de oorlog.
In Eursinge worden 21 Sinti van de families Weiss en Meinhardt gearresteerd en naar Auschwitz gebracht. Drie van hen staan sindsdien als vermist te boek, drie overleefden de oorlog. De families werden opgepakt omdat ze bij een boer op het erf hun kamp hadden opgeslagen.
Interactieve kaart
Een aantal Nederlandse gemeenten stuurde die dag zoveel mensen naar Westerbork, dat het zelfs de Duitsers verbaasde. Bijna de helft van de gearresteerden werd daar vrijgelaten vanwege hun 'Arische' afkomst of omdat ze nuttig zouden zijn voor de bezetter, zoals Amsterdamse Sinti-muzikanten die graag werden gezien in de horeca. Op 19 mei vertrokken 245 mensen op het 'Zigeunertransport' naar Auschwitz. Slechts 32 van hen keerden na de oorlog terug.
Op de interactieve kaart maakt Pointer (KRO-NCRV) in samenwerking met Netwerk Oorlogsbronnen voor het eerst inzichtelijk welke Sinti, Roma en woonwagenbewoners naar Westerbork zijn gebracht, wie werden vrijgelaten en wie de oorlog niet overleefden.