Niemand mocht het weten destijds. Tientallen granaten werden op de hoek van de Broekveldstraat en de Heirweg onder de grond begraven. Jan Heeling (95) uit Sleen biechtte het na tachtig jaar op aan twee dorpsgenoten die hem kwamen interviewen over 75 jaar vrijheid.

Hij kan zich de dag van het begraven nog goed herinneren, vertelt Heeling vanuit zijn stoel in zijn woonplaats Sleen. Het was 10 mei 1940 en in de ochtend was er nog gevochten rondom het dorp. "Ik was bij mijn oom Geert, die was klompenmaker in het dorp. En de toenmalige gemeentesecretaris was er ook. Zij wilden een rondje doen door het dorp om te kijken of er schade was."

Anti-tankkanon

Schade was er niet, maar wat de drie wel vonden was het anti-tankkanon dat door het Nederlandse leger was neergezet. "Daar lagen gewoon veel granaten bij. En wij dachten: de Duitsers komen eraan, die mogen die dingen niet vinden. De Nederlandse militairen waren al weg en hadden het achtergelaten. Dus we groeven een gat. Ik was 15 en moest daar in gaan staan. Kon er net bovenuit kijken. Dus 1.70 meter diep ongeveer", zegt Heeling. "En zij gaven mij die granaten aan. Een voor één stapelde ik ze op. En hup, zand erover. Wij waren niet bang hoor, we deden het gewoon. Het was toen weiland, nu staan er huizen."

'Alleen wij wisten het'

Heeling vertelde het niemand, net als de gemeentesecretaris en zijn oom Geert. "Alleen wij drieën wisten het. We konden het ook aan niemand vertellen. En na de oorlog werd er niet gepraat. We zijn denk ik ook niet gezien. Want iedereen uit Sleen werd gesommeerd om naar Noord-Sleen te gaan, omdat ze dachten dat de Duitsers vanuit Erm zouden komen. Alleen wij waren er nog."

Tekst gaat verder onder de video

Bert Wessels van Seniorenbelang Sleen geloofde zijn oren niet toen hij met de secretaris van de vereniging bij Heeling kwam voor een interview, afgelopen voorjaar voor de coronacrisis. "Nou, wij wilden graag iemand interviewen die de oorlog van dichtbij had meegemaakt. Toen moesten we bij Jan Heeling zijn, vonden we."

'Totale verrassing'

"Gaandeweg het gesprek vroegen we nog: 'Jan, heb je nog iets dat je kwijt wil?'", legt Wessels uit. "Hij had nog wel nieuws, zei hij. En toen kwam 'ie met dit verhaal op de proppen. Een totale verrassing voor ons, hij had het nooit aan iemand verteld."

Daarna ontstond voor de interviewers een dilemma, wat ze moesten doen met deze informatie. "We vonden dat we het niet konden maken om het in ons boekje te zetten voor 75 jaar vrijheid. Want dan is het hele dorp in rep en roer."

Bodemonderzoek

Seniorenbelang Sleen schakelde de Explosieven Opruimingsdienst Defensie (EOD) in en de politie. Uiteindelijk kwam Wessels bij de gemeente Coevorden uit. "Als het goed is, gaat een bedrijf op korte termijn onderzoek doen."

De gemeente heeft omwonenden per brief geïnformeerd. Zolang de granaten nog in de bodem liggen, is er geen gevaar, aldus de gemeente Coevorden. "Het is inmiddels wel het gesprek van de dag in Sleen. Liggen de granaten er nog wel of niet? Nou, als ik het verhaal van Jan zo aanhoor, schat ik die kans op 80 of 90 procent. Want als ze al eerder gevonden waren, dan hadden we dat wel gehoord."

'Het is wat'

"Ja, het is wat. De telefoon stond roodgloeiend. Mien lieve tied", lacht Heeling. "Ik ben de laatste van ons drieën die leeft. Ik vond toch dat iemand het maar moest weten na al die jaren."


Sleen in tijden van de mobilisatie in 1939/1940 (foto: Stichting Streekeigen Sleen)