In de nacht van vrijdag 2 op zaterdag 3 oktober 1942 werden alle Joodse werkkampen in Drenthe ontruimt. De mannen die er maanden hadden gezwoegd werden naar Kamp Westerbork afgevoerd. Zogenaamd in het kader van gezinshereniging maar in werkelijkheid in afwachting van deportatie naar vernietigingskampen zoals Auschwitz en Sobibor.

Enkele maanden eerder, op 10 januari 1942, had een groep van negenhonderd 'werkloze' joodse mannen zich op het Amstelstation in Amsterdam verzameld. Zij waren onder druk van de Duitsers door de Joodse Raad aangewezen om naar het noorden te reizen en daar dwangarbeid te verrichten. In de weken daarna volgden nog vele anderen uit Amsterdam en later uit het hele land.

Veel van de mannen waren hun baan kwijtgeraakt omdat zij van de Duitse bezetter niet langer hun werk mochten doen.

Leegstaande kampen

De nazi's brachten de mannen onder in leegstaande kampen in de noordelijke provincies die al voor de oorlog gebouwd waren, tijdens de crisisjaren van 1930 tot 1940. De kampen waren toen bedoeld om werklozen die in het kader van de werkverschaffing zwaar en ongeschoold werk moesten uitvoeren, onderdak te verlenen. 

Werkkampen in Drenthe

In Drenthe bevonden zich veertien van dergelijke kampen, vanaf dat moment 'Joodse werkkampen' genoemd. Rijkswerkkamp De Fledders ten zuidoosten van Norg bood vanaf juli 1942 plaats aan honderdtwintig joodse dwangarbeiders.

Lees ook: Honderdtwintig Joden liepen hun dood tegemoet vanuit werkkamp De Fledders

Werkkamp Mantinge in de buurt van Westerbork was een groot kamp waar maximaal tweehonderdveertig mannen konden verblijven. Dit was het enige kamp waar joodse rituelen gerespecteerd werden: in de keuken werkte een joodse kok die de maaltijden volgens de spijswetten klaarmaakte.

Het was hard werken voor de dwangarbeiders onder zeer sobere omstandigheden: weinig voedsel en hele dagen land ontginnen, wegen aanleggen en sloten graven. Eerst was er nog sprake van verlof maar later werd dit niet meer toegestaan en zagen de mannen hun gezin en familie vele maanden niet.

Werkkamp Kremboong

De foto is in de buurt van Hoogeveen genomen door Herman Vogel. De jonge mannen zijn bezig met het afgraven van grond. Zij verbleven in Kamp Kremboong waar plaats was voor tweehonderdveertig man. Een deel van de Amsterdamse joden die op 10 januari de trein namen, kwamen hier terecht.

In de tweede week van juli 1942 werden dwangarbeiders van andere kampen hierheen overgeplaatst en werd het druk in de barakken. Vermoedelijk is het kamp kort daarop gesloten, nog voor de algehele sluiting van 2 op 3 oktober. Te voet vertrokken de mannen naar Kamp Westerbork.

Ontsnapping

In de zomer van 1942 wisten twee mannen te ontsnappen uit Kamp Kremboong. Jacobs en Paul Süsholz verbleven daarna op verschillende onderduikadressen en hebben de oorlog overleefd. Op 23 april 2009 waren zij aanwezig bij de onthulling van het monument ter herinnering aan het Joodse werkkamp Kremboong.

Lees ook: Kamp Westerbork krijgt collectie Joodse werkkampen

Vijftig foto's

In het kader van het NIOD fotoproject 'De Tweede Wereldoorlog in vijftig foto's' heeft een Drentse werkgroep vijftig opmerkelijke Drentse oorlogsfoto's verzameld. 

Tijdens een bijeenkomst in het Drents Archief in Assen zijn hier vijfentwintig foto's uit gekozen die naar het NIOD gestuurd zijn. Uit alle provinciale inzendingen kiest het NIOD honderd foto's die in de Tweede Kamer tentoongesteld zullen worden.

Op deze website lichten we de komende tijd de vijfentwintig foto's uit de Drentse selectie toe. 

Lees ook: Joodse gemeenschap in Meppel

Lees ook: Dagelijks leven in Kamp Westerbork