SS'er en nazi-collaborateur Heinrich Boere werd op 24 maart 2010 veroordeeld tot een levenslange gevangenisstraf. In december 2011 werd hij opgesloten. Deze veroordeling kon volgens het Nederlands Instituut voor Oorlogsdocumentatie voor de Duitse justitie reden zijn om alsnog ook strafvervolging in te stellen tegen twee andere van oorsprong Nederlandse oorlogsmisdadigers die in Duitsland woonden en de Duitse nationaliteit hadden.
Het gaat om de noorderlingen Siert Bruins en Klaas Carel Faber. Klaas Carel Faber en zijn broer Pieter Johan waren betrokken bij de executie van tientallen arrestanten in de bossen van Exloo, Westerbork en Norg. Ze werkten voor de Sicherheitsdienst die zijn noordelijke hoofdkwartier had in het Scholtenhuis aan de Grote Markt in Groningen. Klaas Carel maakte deel uit van het executiepeloton in Kamp Westerbork. Faber was daar opzichter.
Klaas Carel Faber
In 1947 werd Faber in Nederland ter dood veroordeeld omdat hij betrokken was bij de dood van zeker elf personen. Een jaar later werd de straf omgezet in levenslang. Hij vluchtte in 1952 naar Duitsland en woonde sindsdien in Ingolstadt. De Duitse justitie stelde eerder al een onderzoek in, maar kwam toen tot het oordeel dat er onvoldoende bewijzen waren tegen Faber. Zijn broer Pieter Johan werd in 1948 geëxecuteerd door een vuurpeloton.
Siert Bruins
Oorlogsmisdadiger Siert Bruins uit Appingedam bivakkeerde in het Duitse Hagen. Hij was ook lid van de Sicherheitsdienst en vermoorde in 1944 verzetsman Aldert Klaas Dijkema en in april 1945 onder anderen de gebroeders Sleutelberg. Met zijn kornuiten van de Sicherheitsdienst oefende Bruins in de oorlog in Delfzijl en omgeving een ware terreur uit. De Groninger was verantwoordelijk voor de dood van meerdere mensen en kreeg in 1949 bij verstek de doodstraf. Eerder had de rechtbank in Hagen het verzoek van minister van Justitie Donner om hem te vervolgen afgewezen.
In de piepzak
Woordvoerder David Barnouw van het Nederlands Instituut voor Oorlogsdocumentatie (NIOD) zei destijds in Trouw: 'Bruins en Faber zullen nu wel in de piepzak zitten. Deze uitspraak is voor de Duitse justitie wellicht een stimulans om de zaken tegen hen door te zetten.' Duitsland levert geen onderdanen uit, maar kan wel besluiten tot strafvervolging in eigen land. In juni 2014 bleek echter dat Siert Bruins definitief niet de cel in hoeft. Volgens de rechtbank in Hagen was er onvoldoende bewijs dat hij schuldig is aan de moord op Dijkema. In 2015 overleed Bruins op vierennegentigjarige leeftijd.
Lees ook: Oorlogsmisdadiger Bruins blijft op vrije voeten
Ook Faber wist aan rechtsvervolging te ontkomen. Pogingen om hem uitgeleverd te krijgen naar Nederland werden door Duitsland afgewezen, omdat Faber tijdens de oorlog de Duitse nationaliteit had gekregen. In 2012 overleed Faber op negentigjarige leeftijd.