In het kader van het NIOD fotoproject 'De Tweede Wereldoorlog in vijftig foto's' heeft een Drentse werkgroep vijftig opmerkelijke Drentse oorlogsfoto's verzameld.

Tijdens een bijeenkomst in het Drents Archief in Assen zijn hier vijfentwintig foto's uit gekozen die naar het NIOD gestuurd zijn. Uit alle provinciale inzendingen kiest het NIOD honderd foto's die in de Tweede Kamer tentoongesteld zullen worden.

Op deze website lichten we de komende tijd de vijfentwintig foto's uit de Drentse selectie toe.

Rijkscommissaris Arthur Seyss-Inquart

Enkele dagen na de Duitse inval in 1940 werd de Oostenrijkse jurist en nazipoliticus Seyss-Inquart op 18 mei 1940 benoemd tot Rijkscommissaris van Nederland of voluit Reichskommissar für die besetzten niederländischen Gebiete. Hij werd zo de hoogste gezagsdrager van ons land. In augustus van datzelfde jaar maakte hij een landelijke inspectietocht en op 30 augustus was de provincie Drenthe aan de beurt.

Het Nieuwsblad van het Noorden, voorloper van het Dagblad van het Noorden, maakte de volgende dag melding van het bezoek van de Rijkscommissaris. Na een overnachting in Boekelo in de provincie Overijssel vertrok het gezelschap 's ochtends via Almelo en Coevorden richting Emmen. Aan de provinciegrens werden zij begroet door de gevolmachtigde van de Rijkscommissaris in Drenthe Gau-amtsleiter Thiel.

Bezoek aan Emmen en omstreken

In Emmen ontving burgemeester Jan Liebe Bouma het gezelschap. Hij gaf een korte uiteenzetting over 'de positie der gemeente, waarbij hij speciaal op den te Emmen bestaanden woningnood wees en den Rijkscommissaris om medewerking verzocht'. De Rijkscommissaris bedankte de burgemeester en wees erop dat 'de taken en vraagstukken door hem erkend werden en dat het woningprobleem een uitermate belangrijk probleem is en naar zijn meening door middel van een plan wel op te lossen was'. Op de foto is te zien hoe Seyss-Inquart het gemeentehuis verlaat na zijn bezoek aan het gemeentebestuur. De burgemeester staat rechts op het bordes.

Behalve het gemeentehuis bezocht Seyss-Inquart die dag ook de Oudheidskamer in Emmen, verschillende veenontginningen en de hunebedden in de buurt van de stad. Bij een van de hunebedden werd het middagmaal genuttigd waarna de tocht verderging naar 'enkele groote boerenhofsteden' en het vuilstortingsbedrijf van de V.A.M..  

Burgemeester Bouma

Ten tijde van het bezoek van Seyss-Inquart was Jan Liebe Bouma al dertien jaar burgemeester van Emmen. Het was een bekwaam man maar hij voelde zich beperkt door de economische crisis en door tegenwerking vanuit Den Haag. Zijn kandidaatschap voor de Provinciale Staten van Drenthe ging niet door net zoals een beloofde promotie naar Ede. Deze teleurstellingen, zijn eerzuchtige en autocratische karakter en het vele contact dat hij met Duitsers had, zorgden ervoor dat hij in 1940 de Duitse kant koos.

Na de oorlog zegt Bouma hier het volgende over: "Ik verklaar mijn toetreden tot de NSB uit mijn impulsieve karakter, en voeg hieraan toe dat ik reeds vierentwintig uren later dit toetreden betreurde, maar ik heb toen niet op mijn schreden terug willen keeren. Ik heb echter steeds het recht opgeëist op een persoonlijke mening; dit was dan ook de reden dat men me in de NSB haatte." In 1945 werd hij gearresteerd en voor drie jaar geïnterneerd in Westerbork.

Oorlogsmisdadiger

Arthur Seyss-Inquart was een van de tweeëntwintig kopstukken uit het naziregime die terecht stonden tijdens het Proces van Neurenberg. Op 1 oktober 1946 werd hij op vierenvijftigjarige leeftijd ter dood veroordeeld wegens oorlogsmisdrijven en misdaden tegen de mensheid.

Lees ook: Bommenwerpers boven Drenthe